,,Ik heb het gevoel dat ik midden in een overvolle kamer sta, schreeuwend naar de top van mijn longen, en niemand kijkt zelfs op.” (Rose DeWitt in ‘Titanic’)
Rose DeWitt (Kate Winslet) en Jack Dawson (Leonardo DiCaprio) beleven in de rampenfilm Titanic een intense romance. Het bioscoopverhaal uit 1997 werd bekroond met elf Oscars. En hoewel ik destijds wist hoe het de Titanic letterlijk zou vergaan, hoopte ik wel op een happy end voor Rose en Jack. Ik ben namelijk dol op bioscoopverhalen die goed aflopen.
Ondernemers in de horeca en de evenementensector hoopten afgelopen zomer dat de economische coronawinter achter hun lag. Ze likten hun diepe financiële wonden en probeerden snel te herstellen. Het aantal reserveringen voor de wintermaanden zorgde bovendien voor optimisme. Totdat opeens in november met de avondlockdown het licht aan het einde van de tunnel werd uitgedaan. Veel ondernemers voelen zich als een drenkeling die door de Titanic op het laatste moment uit het water werd gevist. Om vervolgens alsnog met haar naar de kelder te gaan. Volgens de gemeentelijke schuldhulpverleners staat het water tot aan de lippen bij 146.000 ondernemers. Zoals standbouwer Etienne Dederen uit Sittard bij L1 verklaarde: „Voor de verwerking van de eerste lockdown had ik serieus psychologische hulp nodig. Je bouwt iets op in 25 jaar en dan krijg je dit. Ik ben 56. Dan ga je normaal denken over iets anders; overdragen of de toko dichtgooien. Maar wat valt er nu nog over te dragen? Ik ben de wanhoop nabij.”
Een van de beste zorgsystemen van de wereld blijkt toch te kunnen zinken. Ondanks de honderd miljard euro die de zorg ieder jaar kost zijn er te weinig reddingsboten en waterdichte schotten voor de ziekenhuizen. Ondertussen blijft het demissionair kabinet de dekstoelen op de Titanic verplaatsen en blijft het OMT-orkest loyaal doorspelen. De dromen van de ondernemers aan boord zinken ondertussen naar de bodem van de oceaan. Het aantal faillissementen in de maand november was net als het aantal besmettingen het hoogste van de afgelopen twaalf maanden. Een op de tien ondernemers hangt volgens de cijfers van de Kamer van Koophandel net als de door pijn verdoofde Jack in de bioscoopfilm aan het laatste stuk wrakhout in een oceaan die donkerder is dan code zwart. De zorg in de persoon van Rose zit op het wrakhout dat wegdrijft op weg naar een eenzame en onzekere toekomst. Jack heeft zijn plek afgestaan om haar een kans op overleven te bieden. Hij heeft alles gegeven en kan niets meer verliezen. Loslaten en wegzinken in de vergetelheid lijkt zijn definitieve lot.
Ik blijf echter net als Max Verstappen in de laatste ronde hopen op een wonder. Dat het lot anders beslist. Ik ben namelijk dol op ondernemersverhalen met een happy end.
Rob Meesen