De economie van goed en kwaad 

TopchangeBoeken, Boekenrubriek De Limburger

Bij de presentatie van het DNB-jaarverslag 2022 op 23 maart jongstleden ging het alleen maar over de banken die de afgelopen weken omvielen. De snelheid waarin dat gebeurde had DNB-president Klaas Knot “enigszins verrast”. Banken in Europa stonden er volgens hem immers goed voor. Maar zo voegde de ooit cum laude afgestudeerde econoom eraan toe: “Ik weet natuurlijk niet wat ik niet weet”. Dat is een variant op de toverspreuk ceteris paribus die economen gebruiken bij de presentatie van hun macro-economische modellen: ‘verondersteld dat er verder niets verandert’. Maar dat gebeurt natuurlijk wel. Verandering is de enige constante. 

Orakels

Volgens Tomás Sedlácek vervullen economen tegenwoordig de rol van klassieke orakels. “Het probleem is alleen dat hun voorspellingen niet al te vaak uitkomen. De meest recente economische crisis heeft opnieuw duidelijk gemaakt dat economen met hun modellen simpelweg niet de toekomst kunnen voorspellen. Maar hoewel dit soort mislukkingen betrekkelijk vaak voorkomt onder economen, zijn zij van alle sociaal-wetenschappers nog steeds het drukst bezig de toekomst te voorspellen. Dat komt omdat er vraag is naar economische voorspellingen. En omdat economen proberen zo dicht mogelijk hun ideaal te benaderen – de natuurkunde. Wij economen willen dus de toekomst verklaren, maar intussen weten wij nog niet eens raad met het heden”, aldus Sedlácek. Hij was van 2001-2003 adviseur van Václav Havel, doceert aan de Universiteit van Praag en is lid van het World Economic Forum. In 2006 werd de econoom door Yale Economic uitgeroepen tot een van de vijf spannendste denkers in de economie. 

Ketterse stelling 

De economische wetenschap die wij vandaag de dag kennen, is een uiting van de cultuur, een product van onze beschaving. Economische modellen zijn slechts verhalen; moderne mythes. Homo economicus en de onzichtbare hand van de markt zijn echter niet in modellen te vangen. Dit wordt zeer helder onderbouwd in De economie van goed en kwaad. Deze bijna ketterse stelling is het resultaat van een zoektocht naar economische zingeving van Gilgamesh tot Wall Street. Sedlácek vindt economie in mythen, religie, theologie, filosofie, psychologie, literatuur en film. 

Op den duur zijn we allemaal dood

In de Tapijnkazerne van de Universiteit Maastricht staat op een muur een citaat uit 1923 van de econoom John Maynard Keynes: “Op den duur zijn we allemaal dood. Economen stellen zichzelf een te gemakkelijke, te nutteloze taak, als ze ons in stormachtige seizoenen slechts kunnen vertellen dat als de storm allang voorbij is, de oceaan weer plat is.” Op 24 maart 2023 sloten ING en ABN AMRO de dag op de Amsterdamse beurs af met een verlies van respectievelijk 3,7 en 2,2 procent. De algoritmische modellen op de aandelenmarkt zijn blijkbaar niet overtuigd van de voorspellende gaven van Klaas Knot die niet weet wat hij niet weet.

Bij de presentatie van het DNB-jaarverslag 2022 op 23 maart jongstleden ging het alleen maar over de banken die de afgelopen weken omvielen. De snelheid waarin dat gebeurde had DNB-president Klaas Knot “enigszins verrast”. Banken in Europa stonden er volgens hem immers goed voor. Maar zo voegde de ooit cum laude afgestudeerde econoom eraan toe: “Ik weet natuurlijk niet wat ik niet weet”. Dat is een variant op de toverspreuk ceteris paribus die economen gebruiken bij de presentatie van hun macro-economische modellen: ‘verondersteld dat er verder niets verandert’. Maar dat gebeurt natuurlijk wel. Verandering is de enige constante. 

Orakels

Volgens Tomás Sedlácek vervullen economen tegenwoordig de rol van klassieke orakels. “Het probleem is alleen dat hun voorspellingen niet al te vaak uitkomen. De meest recente economische crisis heeft opnieuw duidelijk gemaakt dat economen met hun modellen simpelweg niet de toekomst kunnen voorspellen. Maar hoewel dit soort mislukkingen betrekkelijk vaak voorkomt onder economen, zijn zij van alle sociaal-wetenschappers nog steeds het drukst bezig de toekomst te voorspellen. Dat komt omdat er vraag is naar economische voorspellingen. En omdat economen proberen zo dicht mogelijk hun ideaal te benaderen – de natuurkunde. Wij economen willen dus de toekomst verklaren, maar intussen weten wij nog niet eens raad met het heden”, aldus Sedlácek. Hij was van 2001-2003 adviseur van Václav Havel, doceert aan de Universiteit van Praag en is lid van het World Economic Forum. In 2006 werd de econoom door Yale Economic uitgeroepen tot een van de vijf spannendste denkers in de economie. 

Ketterse stelling 

De economische wetenschap die wij vandaag de dag kennen, is een uiting van de cultuur, een product van onze beschaving. Economische modellen zijn slechts verhalen; moderne mythes. Homo economicus en de onzichtbare hand van de markt zijn echter niet in modellen te vangen. Dit wordt zeer helder onderbouwd in De economie van goed en kwaad. Deze bijna ketterse stelling is het resultaat van een zoektocht naar economische zingeving van Gilgamesh tot Wall Street. Sedlácek vindt economie in mythen, religie, theologie, filosofie, psychologie, literatuur en film. 

Op den duur zijn we allemaal dood

In de Tapijnkazerne van de Universiteit Maastricht staat op een muur een citaat uit 1923 van de econoom John Maynard Keynes: “Op den duur zijn we allemaal dood. Economen stellen zichzelf een te gemakkelijke, te nutteloze taak, als ze ons in stormachtige seizoenen slechts kunnen vertellen dat als de storm allang voorbij is, de oceaan weer plat is.” Op 24 maart 2023 sloten ING en ABN AMRO de dag op de Amsterdamse beurs af met een verlies van respectievelijk 3,7 en 2,2 procent. De algoritmische modellen op de aandelenmarkt zijn blijkbaar niet overtuigd van de voorspellende gaven van Klaas Knot die niet weet wat hij niet weet.